S : satyrs - seilenos

satyrs

Daimonen, die tot de omgeving van Dionysos behooren, verwant met de Pans en de Seilenen. (Zie Pan en Seilenos.) Noch in de mythologie zelve, noch in de beeldende kunst wordt tusschen deze drie soorten van wezens eene scherpe grenslijn getrokken. Zij staan tegenover de Nymphen, en zijn evenals deze eene personificatie van het weelderige leven der natuur. Gewoonlijk verstaat men onder Satyrs de geesten, die de bergen en de wouden bewonen, en steeds komen zij voor in gezelschap van Dionysos, wiens dienaars zij zijn. Hunne afkomst wordt zeer verschillend opgegeven. Nu eens heeten zij van hetzelfde geslacht als de Nymphen en de Kureten, dan weer heeten zij zonen van Seilenos of van Hermes. Zij worden beschreven als een lichtvaardig en weinig goeds verrichtend volkje. Ruwe zinnelijkheid en moedwillige schalkschheid zijn de grondtrekken van hun wezen. In hunne half dierlijke zinnelijkheid schijnen zij alshetware de caricatuur van den god, in wiens omgeving zij gewoonlijk optreden. Ook dacht men zich hunne gestalte als half dierlijk; men gaf hun aangezichten met stompe neuzen, borstelig haar, ooren als die van geiten en een geitenstaartje op den rug, terwijl hunne ledematen overigens krachtig ontwikkeld waren. Evenals hunne zusters, de Nymphen, houden zij veel van muziek en dans. Hunne muziekinstrumenten zijn de syrinx (herdersfluit), de fluit, cymbalen en castagnetten. Hun dans had een landelijk karakter; hunne ruwe natuur openbaarde zich daarbij door hunne bokkesprongen. Evenals hun heer en meester zijn zij hartstochtelijk aan het genot van den wijn verslaafd. Maar terwijl bij dezen de dronkenschap eene dweepende verrukking en eene plechtige, ernstig-zwaarmoedige stemming te weeg brengt, werkt zij bij hen, die van veel minder edele natuur zijn, alleen op hunne zinnelijkheid en drijft hen aan tot allerlei wilde en dolle streken. Op woeste wijze pleegden zij in dien toestand de Nymphen te overvallen en te vervolgen, en de menschen met angst en vrees te vervullen. -
Bij de Dionysosfeesten speelde het masker van Satyr eene groote rol, omdat men daaronder aan de uitgelatenste vroolijkheid en spotzucht bijna geheelenal den vrijen teugel kon vieren. In het Satyrdrama, dat zich op die feesten aan de ernstige tragediën aansloot, vormden de Satyrs steeds het koor en gaven dan door hunne plagerijën en door hunne dartele scherts aan de feestgenooten de vroolijke stemming terug, die door den plechtigen ernst der tragedie tot op zekere hoogte verdreven was. -
Ook de beeldende kunst heeft hen dikwijls tot het onderwerp van hare voorstellingen gekozen. De oudere kunstenaars beeldden hen meestal af als oude, gebaarde wezens van een leelijk uiterlijk, als een soort van schrikwekkende boschduivels. De jongere attische school van beeldhouwers (waartoe Skopas en Praxiteles behoorden) stelden hen jonger voor en in eene omgeving, die niet bestemd was om angst of vrees optewekken. Nu eens spelen deze jongere Satyrs op de fluit, dan schenken zij hunnen meester den wijn in, of wel zij zijn met den wijnoogst bezig, of zij hebben zich ter ruste gevleid om hunnen roes uitteslapen. Ook komen zij voor in het gezelschap van Bakchanten en
Hermaphroditen, die zij trachten de kleederen van het lijf te rukken. -
Soms komen er ook vrouwelijke Satyrs voor, meestal door een stoet van kinderen omgeven. Meestal schijnen zij voor hare echtgenooten in het drinken niet te willen onderdoen. -
Sommigen maakten déze onderscheiding tusschen de oudere en de jongere Satyrs, dat zij aan de eerstgenoemden bij uitsluiting den naam toekenden van Seilenen. -
Ook bij de Romeinen worden de Satyrs nu en dan genoemd. Zij zijn in hunne mythologie van denzelfden stam en dezelfde beteekenis als de
Faunen en Silvanen.

scheria

Het mythische eiland door de Phaiaken bewoond, waar Odysseus gastvrij door koning Alkinoös werd ontvangen. Zie Phaiaken. De oude geographen hielden het voor identisch met Kerkyra (Corcyra), tegenw. Corfu.

sc

Zie de woorden hiermee aanvangende op Sk.

scamander

Zie Skamandros.

schikgodinnen

Zie Moiren.

schoineus (schoeneus)

De zoon van Athamas en Themisto, een koning in Boiotië, de vader van Atalante. Zie Atalante (2).

securitas

Eene personificatie van de veiligheid en rust in het leven van de bijzondere personen, in den staat, in het leven van den keizer. (Securitas privata, publica, Augusta.) Zij werd vooral vereerd, nadat keizer Augustus aan den romeinschen staat rust en vrede had teruggegeven. Meestal wordt zij afgebeeld als eene deftige matrone, gezeten of tegen eene zuil geleund, rustig voor zich uit ziende, soms met de armen over het hoofd, om hare rust en het bewustzijn harer veiligheid aanteduiden. Hare attributen zijn een lauriertak, een olijftak, een hoorn des overvloeds en een scepter. Soms ook is hare linkerhand met eene lans gewapend, terwijl zij haar hoofd op de rechterhand laat rusten.

seilenos (silenus)

Silenus met Dionysos als baby.
(Romeinse kopie naar een standbeeld van Lysippos; origineel ca 300 voor Chr.)

De trouwe medgezel en de leermeester van Dionysos. Hij wordt meestal de oudste der Satyrs genoemd, en alle oudere Satyrs dragen ook den naam van Seilenen. Toch is er nog een ander verschil tusschen deze twee soorten van wezens. De Seilenen zijn namelijk in de grieksche mythologie overgenomen uit den lydischen en phrygischen Dionysosdienst. Terwijl de grieksche Seilenos een koddige en wulpsche figuur is, heeft in den klein-aziatischen eeredienst oorspronkelijk eene diepere beteekenis aan zijn wezen ten grondslag gelegen. Naast zijne lagere natuur was er tevens iets verhevens, iets prophetisch in hem, dat de oorzaak was van den eerbied, waarmede hij dikwijls genoemd werd en van de bewondering, waarmede de besten der Grieken somtijds wisten te spreken van de groote gaven, die de Seilenen bezaten. -
Doch die meer ernstige zijde van het wezen van Seilenos trad in het volksgeloof geheelenal op den achtergrond. Dit stelde hem steeds voor als een man, die reeds begint oud te worden, met eenen stompen neus en eenen kalen kop, en bovendien met eenen zoo dikken buik, dat alleen daarom reeds het gaan hem moeilijk valt. Er is echter meer dan eene reden, waarom hij steeds steun noodig heeft en altijd op eenen ezel rijdt. Immers hij heeft eenen onmatigen hartstocht voor den wijn en is daardoor steeds in eenen halfdronken toestand. Maar behalve van den wijn houdt hij ook veel van de muziek evenals de Satyrs.

Marsyas, die zoo al niet voor den uitvinder, dan toch voor den verspreider van het fluitspel werd gehouden, wordt uitdrukkelijk een der Seilenen genoemd. Ook gaat hij gaarne om met de Naiaden, en dikwijls is er sprake van de minnarijen, die ook de Seilenen met de Nymphen plachten aanteknoopen. In den tocht, dien Dionysos door de wereld onderneemt, mocht in zijnen stoet, in den thiasos, (Zie Dionysos.) de op zijnen ezel gezeten Seilenos nooit ontbreken. Toen echter Dionysos de stichter der mysteriën geworden was, trad ook in Griekenland zijne meer ernstige beteekenis weder meer op den voorgrond. Aan den eenen kant begon men toen in hem te zien eenen daimon der vruchtbaarheid, die zorg droeg voor het groeien en rijpen der vruchten, gelijk hij den jeugdigen Dionysos had verzorgd en opgekweekt. Maar ten andere kreeg hij ook nog eene hoogere beteekenis; men zag in hem, den leermeester van Dionysos, de bron van alle wijsheid, die in de mysteriën geleerd werd, eenen wijze in den waren zin des woords, die het ijdele en dwaze streven, waarmede de meeste menschen hun leven doorbrengen met spot en minachting bejegent. Bij de grieksche wijsgeeren stond hij daarom in hoog aanzien. -
Onder de mythen, die op hem betrekking hebben komt ook deze voor, dat hij zou deelgenomen hebben aan de
Gigantomachie, en dat het gebalk van zijnen ezel veel zou hebben bijgedragen om de Giganten te verschrikken en op de vlucht te jagen. In nauw verband brengt de mythe hem ook tot koning Midas, die zelf dikwijls onder de Seilenen genoemd wordt. Seilenos werd door diens dienaars gevangen, toen hij te veel gedronken had uit eene bron, wier water in wijn was veranderd. Tot den koning gebracht, werd hij door dezen op de meest gastvrije wijze onthaald. (Zie Midas.) -
Eigenlijke godsdienstige vereering schijnt Seilenos in Griekenland weinig te hebben genoten. In Elis had hij op de markt eenen eigen tempel waarin zijn beeld stond, aan hetwelk Methe (eene personificatie der dronkenschap) eenen beker met wijn toereikte. Zijne attributen zijn een lederen zak, waarin hij wijn kon mede voeren, en waarvan hij nooit scheidde, verder een thyrsosstaf, een krans van klimop en een kantharos (wijnbeker). -
Tusschen de Seilenen, wezens van dezelfde soort als Seilenos, die hunnen ouderen makker omgaven en hem alshetware als hun hoofd erkenden, en de Satyrs schijnt ook nog dit onderscheid bestaan te hebben, dat de Satyrs meer daimonen waren van de bergen en bosschen, terwijl de Seilenen meer in betrekking stonden tot alle stroomend en uit de aarde opborrelend water.

Silenus wordt meegedragen in een thiasos.
(detail van een
fragment van een sarcofaag uit Italië, eind tweede eeuw na Chr.)