X : xanthe - xuthos

xanthe

D. i. "de blonde", een bijnaam, die door de grieksche dichters aan verschillende godinnen gegeven wordt, maar vooral aan Demeter.

xanthos (xanthus)

(1) De riviergod van de evenzoo geheeten rivier, die in het trojaansche gebied gelegen was. Hij werd ook wel Skamandros genoemd. (Zie Skamandros (1).)

De Scamander Vallei op de planeet Mars ...


(2) Een jong man uit Samos, die de liefde won van Alkinoe, de gade van Amphilochos. Zij was uit Korinthe geboortig en de dochter van
Polybos. De godin Pallas Athena boezemde haar zulk eene hevige liefde voor Xanthos in, dat zij zich door dezen tot ontrouw jegens haren gemaal liet verleiden en met hem vluchtte. Weldra kreeg zij evenwel zooveel berouw over haar misdrijf, dat zij zich van het leven beroofde.
(3) De naam van verscheidene beroemde paarden uit de oudheid. Zoo bezaten o. a.
Hektor en Achilleus beide een paard, dat dezen naam droeg.

xene

Onder dien naam had, zoo beweerde men, Menelaos eenen tempel voor Aphrodite opgericht in Egypte. Toen namelijk Paris, na Helena geschaakt te hebben, naar Troje trok, kwam hij ook in Egypte, doch de koning van dat land, Proteus, daagde hem voor zich en joeg Paris uit het land òf alleen, òf hem een schijnbeeld, dat de gedaante van Helena had, medegevende. Haar zelve hield hij bij zich, en hij gaf haar later met de door Paris geroofde schatten aan Menelaos terug, die uit dankbaarheid eenen tempel oprichtte voor Aphrodite Xene, d. i. "de vreemde Aphrodite". De Romeinen noemden deze godin Venus Hospita.

xenios (xenius)

Een bijnaam van Zeus, dien hij droeg als de beschermer van alle vreemdelingen en als de handhaver van het heilige recht der gastvrijheid. Wie dat recht schond, werd door zijne hand zwaar gestraft. -
De Romeinen kenden aan hunnen
Iupiter dezelfde eigenschappen toe en noemden hem daarom Hospitalis. Zie Iupiter.

xenodike (xenodice)

Zie Syleus.

xenokleia (xenoklea)

Eene priesteres van Apollo te Delphoi, die weigerde aan Herakles het orakel te geven, dat hij van haar verlangde, omdat hij niet gereinigd was van den moord op Iphitos, den zoon van Eurytos, gepleegd. (Zie Herakles.) Herakles roofde echter daarop den heiligen drievoet uit den tempel en wilde een eigen orakel stichten. Daardoor dwong hij de priesteres om de verlangde godspraak te geven.

xuthos (xuthus)

Een zoon van Hellen en de Nymph Orseis, de broeder van Doros en Aiolos. Na den dood van Hellen werd hij door zijne broeders uit Thessalië verdreven en vluchtte naar Attika, waar hij met Kreüsa, de dochter van koning Erechtheus van Athene huwde. Later werd hij door diens zonen ook uit Attika verjaagd, ging naar den Peloponnesos en werd daar koning. Zijne gade schonk hem twee zonen, Ion en Achaios, door wie hij de stamvader werd van twee der groote afdeelingen van het grieksche volk. Ion werd echter dikwijls de zoon genoemd van Apollo, die Kreüsa vóór haar huwelijk met Xuthos zou hebben bemind. Zie Ion.