MHDEIA
TA TOU DRAMATOS
PROSWPA
De personages
TROFOS
De voedster
PAIDAGWGOS
De paedagogus,
verzorger van de kinderen
MHDEIA
Medea
XOROS7GUNAIKWN
Het koor van
vrouwen
KREWN
Creon
IASWN
Jason
AIGEUS
Aegeus
TEKNA MHDEIAS
De kinderen van
Medea
AGGELOS
De bode
Proloog [1 - 130]
TROFOS (noot)
VOEDSTER
Ei1q'
w1fel' 'Argou=j mh\ diapta/sqai ska/foj (noot)
Ach, was het schip
de Argo maar niet gevlogen door
Ko/lxwn e0j ai]an kuane/aj Sumplhga/daj, (noot)
de donkere Symplegaden naar het
land der Kolchiërs,
mhd' e0n na/paisi Phli/ou pesei=n pote (noot)
en was in de dalen van de Pelion
maar nooit gevallen,
tmhqei=sa peu/kh, mhd' e0retmw=sai xe/raj
omgehakt, de pijnboom, en hadden
maar nooit geroeid de handen
a0ndrw=n a0ri/stwn, oi4 to\ pa/gxruson de/raj
van de voortreffelijke mannen,
die de gouden vacht
Peli/a| meth=lqon. ou0 ga\r a2n de/spoin' e0mh\
voor Pelias gingen halen. Want
dan was mijn meesteres Medea niet
Mh/deia pu/rgouj gh=j e1pleus' 'Iwlki/aj
gevaren naar de burchten van het
land van Iolcus,
e1rwti qumo\n e0kplagei=s' 'Ia/sonoj:
in haar hart verbijsterd door
liefde voor Jason;
ou0d' a2n ktanei=n pei/sasa Pelia/daj ko/raj
dan had zij niet de dochters van
Pelias overreed om hun vader te doden
pate/ra katw/|kei th/nde gh=n Korinqi/an
en woonde nu niet in dit land van
Korinthe
cu\n a0ndri\ kai\ te/knoisin, a9nda/nousa me\n
met man en
kinderen; wél wekt zij sympathie
fugh=| politw=n w[n a0fi/keto xqo/na,
bij de burgers,
wier land zij bereikte in haar ballingschap,
au0th/ te pa/nta cumfe/rous' 'Ia/soni:
en zij schikt zich
zelf in alles naar Jason;
h3per megi/sth gi/gnetai swthri/a,
en dat is toch de
beste garantie voor geluk,
o3tan gunh\ pro\j a1ndra mh\ dixostath=|.
wanneer een vrouw
niet tegen haar man in opstand komt.
nu=n d' e0xqra\ pa/nta, kai\ nosei= ta\ fi/ltata.
Maar nu is alles
haat, en het liefste is ziek.
prodou\j
ga\r au9tou= te/kna despo/tin t' e0mh\n
Want zijn eigen
kinderen en mijn meesteres verradend
ga/moij 'Ia/swn basilikoi=j eu0na/zetai,
slaapt Jason in een
koninklijk huwelijksbed:
gh/maj Kre/ontoj pai=d', o4j ai0sumna=| xqono/j:
hij is getrouwd met
het kind van Creon, die heerst over het land.
Mh/deia d' h9 du/sthnoj h0timasme/nh
Medea, de
ongelukkige, vernederd,
boa=| me\n o3rkouj, a0nakalei= de\ decia=j (noot)
schreeuwt de eden,
roept van de rechterhand
pi/stin megi/sthn, kai\ qeou\j martu/retai
de grootste trouw
aan, en roept de goden tot getuige,
oi3aj a0moibh=j e0c 'Ia/sonoj kurei=.
wat voor dank zij
van Jason terugkrijgt.
kei=tai d' a1sitoj, sw=m' u9fei=s' a0lghdo/si,
Zij ligt zonder
eten, haar lichaam overgevend aan verdriet en pijn,
to\n pa/nta sunth/kousa dakru/oij xro/non,
laat de hele tijd
wegsmelten in tranen,
e0pei\ pro\j a0ndro\j h1|sqet' h0dikhme/nh,
sinds zij merkte,
dat zij door haar man onrechtvaardig behandeld is,
ou1t' o1mm' e0pai/rous' ou1t' a0palla/ssousa gh=j
zij slaat haar oog
niet op en maakt haar gezicht niet los
pro/swpon: w9j de\ pe/troj h2 qala/ssioj
van de grond; als
een rotsblok of een golf van de zee
klu/dwn a0kou/ei nouqetoume/nh fi/lwn,
luistert zij naar
de raad van dierbaren (en reageert niet)
h2n mh/ pote stre/yasa pa/lleukon de/rhn
behalve als zij af
en toe haar sneeuwwitte hals draait en
au0th\ pro\j au9th\n pate/r' a0poimw/ch| fi/lon
bij zichzelf
jammert om haar dierbare vader
kai\ gai=an oi1kouj q', ou4j prodou=s' a0fi/keto
en land en huis,
die zij verried om mee te gaan
met' a0ndro\j o3j sfe nu=n a0tima/saj e1xei.
met een man, die
haar nu vernederd houdt.
e1gnwke d' h9 ta/laina sumfora=j u3po
De rampzalige heeft
nu door schade en schande geleerd,
oi[on patrw/?aj mh\ a0polei/pesqai xqono/j.
hoe belangrijk het
is niet gescheiden te zijn van het vaderland.
stugei= de\ pai=daj ou0d' o9rw=s' eu0frai/netai.
Zij verafschuwt
haar kinderen en ziet hen niet graag.
de/doika d' au0th\n mh/ ti bouleu/sh| ne/on: (noot)
Ik ben bang om
haar, dat ze 'n ongehoord plan bedenkt;
barei=a
ga\r frh/n, ou0d' a0ne/cetai kakw=j
want haar hart is
zwaar, en zij zal niet verdragen, dat zij slecht
pa/sxous': e0gw]?da th/nde, deimai/nw te/ nin
behandeld wordt; ik
ken haar, en ik ben bang voor haar,
mh\ qhkto\n w1sh? fa/sganon di' h1patoj,
dat zij een scherp
zwaard door de lever stoot,
sigh=? do/mouj ei0sba=s', i3n' e1strwtai le/xoj,
stilletjes het huis
ingegaan, waar het bed is opgemaakt,
h27kai\ tu/rannon to/n te gh/manta kta/nh?,
of dat zij de vorst
en hem die getrouwd is doodt,
ka1peita mei/zw sumfora\n la/bh? tina/.
en daarna een nog
groter ongeluk te lijden krijgt.
deinh\
ga/r: ou1toi r9a?di/wj ge sumbalw\n
want zij is
geducht; zeker niet gemakkelijk zal iemand, die
e1xqran tij au0th=| kalli/nikon oi1setai.
haar zijn vijand
maakt een overwinning behalen.
a0ll'
oi3de pai=dej e0k tro/xwn pepaume/noi
Maar daar komen de
kinderen, klaar met rennen.
stei/xousi, mhtro\j ou0de\n e0nnoou/menoi
Ze merken niets van
hun moeders ellende;
kakw=n: ne/a ga\r fronti\j ou0k a0lgei=n filei=.
ach ja, een jong
hart heeft weinig op met verdriet.
PAIDAGWGOS
VERZORGER
palaio\n oi1kwn kth=ma despoi/nhj e0mh=j,
Oud bezit van het
huis van mijn mevrouw,
ti/ pro\j pu/laisi th/nd' a1gous' e0rhmi/an
waarom sta jij hier
bij de poorten zo alleen,
e3sthkaj, au0th\ qreome/nh sauth=| kaka/;
en jammer je tegen
jezelf over narigheid?
pw=j sou= mo/nh Mh/deia lei/pesqai qe/lei;
Medea wil vast niet
door jou alleen gelaten worden.
TROFOS
VOEDSTER
te/knwn o0pade\ pre/sbu tw=n 'Ia/sonoj,
Oude begeleider van
de kinderen van Jason,
xrhstoi=si dou/loij cumfora\ ta\ despotw=n
goede slaven voelen
mee, als het hun meesters
kakw=j pi/tnonta, kai\ frenw=n a0nqa/ptetai.
slecht vergaat, dat
grijpt hen aan.
e0gw\ ga\r e0j tou=t' e0kbe/bhk' a0lghdo/noj,
Ik ben zó diep
verdrietig geworden,
w3sq' i3mero/j m' u9ph=lqe gh=| te kou0ranw=|
dat het verlangen
mij bekroop naar hier te gaan en
le/cai molou/sh| deu=ro despoi/nhj tu/xaj.
aan aarde en hemel
het ongeluk van mijn mevrouw te zeggen.
PAIDAGWGOS
VERZORGER
ou1pw ga\r h9 ta/laina pau/etai go/wn;
Houdt de
ongelukkige dan nog steeds niet op met jammeren?
TROFOS
VOEDSTER
zhlw= s': e0n a0rxh?= ph=ma kou0de/pw mesoi=. (noot)
Was dat maar waar;
het verdriet begint pas en is nog niet op de helft.
PAIDAGWGOS
VERZORGER
w] mw=roj, ei0 xrh\ despo/taj ei0pei=n to/de:
Zij is mal, als je
dat van meesters mag zeggen;
w9j ou0de\n oi]de tw=n newte/rwn kakw=n.
want ze weet nog
niets van het nieuwste onheil.
TROFOS
VOEDSTER
ti/ d' e1stin, w] geraie/; mh\ fqo/nei fra/sai.
Wat is dat dan,
vadertje? Dat wil je me toch wel zeggen?
PAIDAGWGOS
VERZORGER
ou0de/n: mete/gnwn kai\ ta\ pro/sq' ei0rhme/na.
Niets; ik heb al
spijt van wat ik net heb gezegd.
TROFOS
VOEDSTER
mh/, pro\j genei/ou, kru/pte su/ndoulon se/qen:
Nee, alsjeblieft,
houd het niet geheim voor jouw medeslaaf;
sigh\n ga/r, ei0 xrh/, tw=nde qh/somai pe/ri.
als het moet, zal
ik er heus het stilzwijgen over bewaren.
PAIDAGWGOS
VERZORGER
h1kousa/ tou le/gontoj, ou0 dokw=n klu/ein,
Ik hoorde iemand
zeggen - ik deed net of ik het niet hoorde -
pessou\j proselqw/n, e1nqa dh\ palai/tatoi
toen ik naar het
pleintje ging, waar de oudsten
qa/ssousi, semno\n a0mfi\ Peirh/nhj u3dwr,
zitten te dammen,
bij het heilige water van de bron Peirene,
w9j tou/sde pai=daj gh=j e0la=n Korinqi/aj
dat deze kinderen
uit het land van Korinthe te verdrijven
su\n mhtri\ me/lloi th=sde koi/ranoj xqono\j
samen met hun
moeder van plan is de heerser van dit land,
Kre/wn. o9 me/ntoi mu=qoj ei0 safh=j o3de
Creon. Maar of dit
woord waar is
ou0k oi]da: bouloi/mhn d' a2n ou0k ei]nai to/de.
weet ik niet; ik
zou willen dat het niet zo is.
TROFOS
VOEDSTER
kai\ tau=t' 'Ia/swn pai=daj e0cane/cetai
En zal Jason
verdragen, dat z'n kinderen dat
pa/sxontaj, ei0 kai\ mhtri\ diafora\n e1xei;
meemaken, ook al
heeft hij een meningsverschil met hun moeder?
PAIDAGWGOS
VERZORGER
palaia\ kainw=n lei/petai khdeuma/twn,
Oude familiebanden
leggen het af tegen nieuwe,
kou0k e1st' e0kei=noj toi=sde dw/masin fi/loj.
en hem is dit huis
niet na aan het hart.
TROFOS
VOEDSTER
a0pwlo/mesq' a1r', ei0 kako\n prosoi/somen
Het is met ons
gedaan, als wij nieuwe ellende voegen bij
ne/on palaiw=||, pri\n to/d' e0chntlhke/nai.
de oude, nog vóór
wij die verwerkt hebben.
PAIDAGWGOS
VERZORGER
a0ta\r su/ g', ou0 ga\r kairo\j ei0de/nai to/de
Het is niet het
goede moment, dat mevrouw dit weet,
de/spoinan, h9su/xaze kai\ si/ga lo/gon.
dus jij moet rustig
blijven en niets vertellen.
TROFOS
VOEDSTER
w] te/kn', a0kou/eq' oi[oj ei0j u9ma=j path/r;
Kinderen, horen
jullie hoe vader tegen jullie doet?
o1loito me\n mh/: despo/thj ga/r e0st' e0mo/j:
Ik vervloek hem -
niet; want hij is mijn heer;
a0ta\r kako/j g' w2n e0j fi/louj a9li/sketai.
maar hij bewijst
wél, dat hij slecht is voor zijn dierbaren.
PAIDAGWGOS
VERZORGER
ti/j d' ou0xi\ qnhtw=n; a1rti gignw/skeij to/de,
Wie is dat niet?
Kom je er nu pas achter,
w9j pa=j tij au9to\n tou= pe/laj ma=llon filei=,
dat iedereen meer
van zichzelf houdt dan van zijn naasten,
oi4
me\n dikai/wj, oi4 de\ kai\ ke/rdouj xa/rin,
sommigen met recht,
anderen ook ter wille van voordeel,
ei0
tou/sde g' eu0nh=j ou3nek' ou0 ste/rgei path/r;
nu de vader niet
meer om zijn kinderen geeft vanwege een [nieuw]
huwelijksbed?
TROFOS
VOEDSTER
i1t', eu] ga\r e1stai, dwma/twn e1sw, te/kna.
Vooruit, het komt
wel goed, ga het huis in, kinderen.
su\ d' w9j ma/lista tou/sd' e0rhmw/saj e1xe
En jij moet hen zo
veel mogelijk geïsoleerd houden
kai\ mh\ pe/laze mhtri\ dusqumoume/nh?.
en niet in de buurt
brengen van hun wanhopige moeder.
h1dh ga\r ei]don o1mma nin tauroume/nhn
Want ik heb haar al
wild zien kijken
toi=sd', w3j ti drasei/ousan: ou0de\ pau/setai
naar de kinderen,
alsof zij hen iets wil doen; zij zal niet stoppen
xo/lou, sa/f' oi]da, pri\n kataskh=yai/ tina.
met haar woede,
voordat die iemand heeft getroffen.
e0xqrou/j ge me/ntoi, mh\ fi/louj, dra/seie/ ti.
Als zij haar
vijanden dan maar iets doet, niet haar dierbaren.
MHDEIA (e1ndoqen)
MEDEA (binnen)
i0w/,
du/stanoj e0gw\ mele/a te po/nwn,
O ik ongelukkige en
rampzalige in mijn beproevingen,
i0w/ moi/ moi, pw=j a1n o0loi/man;
ach, was ik maar
dood.
TROFOS
VOEDSTER
to/d' e0kei=no, fi/loi pai=dej: mh/thr
Daar heb je het al,
lieve kinderen; je moeder
kinei= kradi/an, kinei= de\ xo/lon.
pijnigt haar hart,
en spuwt haar gal.
speu/dete qa=sson dw/matoj ei1sw
Haast je het huis
in, snel,
kai\ mh\ pela/sht' o1mmatoj e0ggu/j,
en kom niet zó
dicht bij haar, dat ze jullie ziet,
mhde\ prose/lqht', a0lla\ fula/ssesq'
en ga niet naar
haar toe, maar pas op voor
a1grion h]qoj stugera/n te fu/sin
haar woeste
karakter en de afschuwelijke aard
freno\j au0qa/douj.
van haar
eigenzinnig hart.
i1te nu=n, xwrei=q' w9j ta/xoj ei1sw.
Vooruit nu, ga snel
naar binnen.
dh=lon d' a0rxh=j e0cairo/menon
Het is duidelijk,
dat zij de uit z'n begin zich verheffende
ne/foj oi0mwgh=j w9j ta/x' a0na/yei
wolk van gejammer
dadelijk zal doen ontvlammen
mei/zoni qumw=||| : ti/ pot' e0rga/setai
met een nog grotere
woede; wat zal zij toch gaan doen,
megalo/splagxnoj duskata/paustoj
haar grote emoties
zijn moeilijk tot bedaren te brengen,
yuxh\ dhxqei=sa kakoi=sin;
nu haar ziel is
gekwetst door ellende...
MHDEIA
MEDEA
ai0ai=,
Ach,
e1paqon tla/mwn e1paqon mega/lwn
wat ik meemaak,
arme ik, wat ik meemaak is grote
a1ci' o0durmw=n: w] kata/ratoi
jammerklachten
waard; o vervloekte
pai=dej o1loisqe stugera=j matro\j
kinderen van een
verafschuwde moeder, sterf
su\n patri/, kai\ pa=j do/moj e1rroi.
samen met je vader,
en laat het hele huis eraan gaan.
TROFOS
VOEDSTER
i0w/ moi/ moi, i0w\ tlh/mwn,
Ach nee, wat een
ellende,
ti/ de/ soi pai=dej patro\j a0mplaki/aj
waarom hebben de
kinderen volgens u deel aan de fout van hun vader?
mete/xousi; ti/ tou/sd' e1xqeij; oi1moi,
Waarom haat u hen?
Ach kinderen,
te/kna, mh/ ti pa/qhq' w9j u9peralgw=.
ik ben toch wel erg
bang, dat jullie iets overkomt.
deina\ tura/nnwn lh/mata kai/ pwj
Het temperament van
vorsten is gevaarlijk: omdat zij
o0li/g' a0rxo/menoi, polla\ kratou=ntej
zelden hoeven te
gehoorzamen en meestal beslissen,
xalepw=j o0rga\j metaba/llousin.
kunnen zij slecht
hun drift bedwingen.
to\ ga\r ei0qi/sqai zh=n ep' i1soisin
Nee, eraan gewend
te zijn op gelijke voet te leven
krei=sson: e0moi\ gou=n e0n mh\ mega/loij
is beter; ík hoop
in ieder geval niet groots,
o0xurw=j g' ei1h kataghra/skein.
maar wel veilig oud
te worden.
tw=n ga\r metri/wn prw=ta me\n ei0pei=n
Alles met mate, dat
motto wint,
tou1noma nika=| , xrh=sqai/ te makrw=|
en dat in de
praktijk te brengen is verreweg
lw=|sta brotoi=sin: ta\ d' u9perba/llont'
het beste voor de
mensen; het extreme
ou0de/na kairo\n du/natai qnhtoi=j:
levert de mensen
geen enkel voordeel op.
mei/zouj d' a1taj, o3tan o0rgisqh=|
Het bezorgt alleen
maar groter onheil,
dai/mwn oi1koij, ape/dwken.
wanneer een god
boos wordt op een huis.
|